Schenge: verschil tussen versies

Uit encyclopedie van zeeland
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
W. van Gorsel (overleg | bijdragen)
Geen bewerkingssamenvatting
W. van Gorsel (overleg | bijdragen)
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 1: Regel 1:
[[Bestand:Romeinen1.jpg|thumb|right|300px|Fundamenten van een Gallo-Romeins tempeltje dat gevonden is binnen de restanten van de Romeinse vesting. Foto: C. den Boer/De Stem. Bron: ZB/Beeldbank Zeeland, rec.nr. 133303]]


1. (Scengen, Scinge, Schaingen) Voormalige getijstroom die eertijds het eiland Wolphaartsdijk van Zuid-Beveland scheidde: in het westen begrensd door Sloe/Veerse Gat, in het oosten door Zuidvliet/Oosterschelde. Schenge en Zuidvliet waren oorspronkelijk waarschijnlijk kreken van geringe betekenis, die door de stormvloeden van de elfde en twaalfde eeuw aanzienlijk werden verbreed. De aan verlanding onderhevige Schenge werd bedijkt in de Heerenpolder (1649), Wilhelminapolder (1809), De Perponcherpolder (1846), Broeder-en Zusterpolder (1854) en Schengepolder (1874). Restanten van het water zijn te vinden in de Schenge-en de Wilhelminapolder.
1. (Scengen, Scinge, Schaingen) Voormalige getijstroom die eertijds het eiland Wolphaartsdijk van Zuid-Beveland scheidde: in het westen begrensd door Sloe/Veerse Gat, in het oosten door Zuidvliet/Oosterschelde. Schenge en Zuidvliet waren oorspronkelijk waarschijnlijk kreken van geringe betekenis, die door de stormvloeden van de elfde en twaalfde eeuw aanzienlijk werden verbreed. De aan verlanding onderhevige Schenge werd bedijkt in de Heerenpolder (1649), Wilhelminapolder (1809), De Perponcherpolder (1846), Broeder-en Zusterpolder (1854) en Schengepolder (1874). Restanten van het water zijn te vinden in de Schenge-en de Wilhelminapolder.

Versie van 18 apr 2025 08:38

Fundamenten van een Gallo-Romeins tempeltje dat gevonden is binnen de restanten van de Romeinse vesting. Foto: C. den Boer/De Stem. Bron: ZB/Beeldbank Zeeland, rec.nr. 133303

1. (Scengen, Scinge, Schaingen) Voormalige getijstroom die eertijds het eiland Wolphaartsdijk van Zuid-Beveland scheidde: in het westen begrensd door Sloe/Veerse Gat, in het oosten door Zuidvliet/Oosterschelde. Schenge en Zuidvliet waren oorspronkelijk waarschijnlijk kreken van geringe betekenis, die door de stormvloeden van de elfde en twaalfde eeuw aanzienlijk werden verbreed. De aan verlanding onderhevige Schenge werd bedijkt in de Heerenpolder (1649), Wilhelminapolder (1809), De Perponcherpolder (1846), Broeder-en Zusterpolder (1854) en Schengepolder (1874). Restanten van het water zijn te vinden in de Schenge-en de Wilhelminapolder.

2. Geul in het Veerse Meer. vóór de haven De Piet.

Auteur

J. Kuipers

Literatuur

  • Wilderom, Tussen afsluitdammen III.
  • C. Dekker, Zuid-Beveland.
  • A. A. Beekman, De wateren.