Marinus Huygens: verschil tussen versies
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Geen bewerkingssamenvatting |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
| Regel 10: | Regel 10: | ||
| VIAF = [http://viaf.org/viaf/] | | VIAF = [http://viaf.org/viaf/] | ||
}} | }} | ||
==Biografie== | |||
Predikant. Werd op 17 april 1636 te Leiden ingeschreven; op die dag wordt ook Joachim Huygens, geboren te Tholen 1617, ingeschreven (waarschijnlijk zijn broer). Op 26 oktober 1640 door de classis van Tholen proponent verklaard, werd hij op 3 januari 1641 beroepen naar de Kruisschans en het fort Frederik Hendrik. Op 20 november 1646 werd zijn beroep naar Liefkenshoek door de classis goedgekeurd. Naar Veere beroepen, werd hij daar 1 juni 1659 als predikant bevestigd; hij overleed hetzelfde jaar. | Predikant. Werd op 17 april 1636 te Leiden ingeschreven; op die dag wordt ook Joachim Huygens, geboren te Tholen 1617, ingeschreven (waarschijnlijk zijn broer). Op 26 oktober 1640 door de classis van Tholen proponent verklaard, werd hij op 3 januari 1641 beroepen naar de Kruisschans en het fort Frederik Hendrik. Op 20 november 1646 werd zijn beroep naar Liefkenshoek door de classis goedgekeurd. Naar Veere beroepen, werd hij daar 1 juni 1659 als predikant bevestigd; hij overleed hetzelfde jaar. | ||
Versie van 9 mrt 2021 09:49
| Marinus Huygens | |
|---|---|
| Geboren | 1616 Tholen |
| Overleden | 1659 Veere |
| Beroep | Predikant |
| VIAF | [1] |
Biografie
Predikant. Werd op 17 april 1636 te Leiden ingeschreven; op die dag wordt ook Joachim Huygens, geboren te Tholen 1617, ingeschreven (waarschijnlijk zijn broer). Op 26 oktober 1640 door de classis van Tholen proponent verklaard, werd hij op 3 januari 1641 beroepen naar de Kruisschans en het fort Frederik Hendrik. Op 20 november 1646 werd zijn beroep naar Liefkenshoek door de classis goedgekeurd. Naar Veere beroepen, werd hij daar 1 juni 1659 als predikant bevestigd; hij overleed hetzelfde jaar.
Encyclopedie van Zeeland, 1982-1984
Auteur
L. Hageman
Literatuur
- Renier, Naamlijst predikanten.
- Navorscher 1886, 236. Navorscher 1883, 407.
- N.N.B.W. II.