Collegium Qualificatum

Uit encyclopedie van zeeland
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Collegium Qualificatum (ookwel Mixtum)

Vergadering van de kerkeraad, aangevuld met leden van de magistraat. In de praktijk kwam het er nogal eens op neer dat deze laatsten de gewichtigste stem hadden. Het Collegium Qualificatum beriep predikanten en koos de leden van de kerkeraad. Het had ook het recht van schorsing en afzetting van predikanten. De classis moest echter goedkeuring geven aan allebesluiten. Op het platteland hadden twee leden van de overheid zitting in het Collegium Qualificatum. In de steden, wanneer er een beroep moest worden uitgebracht, meestal vijf. In de dorpen hadden de ambachtsheren of hun vertegenwoordigers meestal de twee stemmen. Moeilijkheden gaf het wanneer deze niet van gereformeerde religie waren. Wanneer de ambachtsheerlijkheid in het bezit van een stad was, stuurde deze de twee leden voor het Collegium Qualificatum. In de garnizoensgemeenten die kerkelijk onder de Zeeuwse classes vielen, stuurden de Staten van Zeeland twee leden naar het Collegium Qualificatum of benoemden zij plaatsvervangers. Jacob Burs, predikant te Tholen, is een van degenen geweest die voortdurend hiertegen hebben geprotesteerd. Dit Collegium Qualificatum is blijven voortbestaan tot 1 januari 1817. In de Franse tijd namen leden van de gemeentebesturen plaats in het Collegium Qualificatum.


AUTEUR

S.J.M. Hulsbergen


LITERATUUR

Reitsma en Van Veen, Acta. J.W. te Water, Kort verhaal.